In 2020 schreef René van Loon het boek ‘Lente in de kerk’. Vóór corona en daarom niet minder inspirerend. Dat is ook de doelstelling van het boek: inspireren door impressies van nieuwe en hoopvolle bewegingen te presenteren.
Na de winter
Het uitgangspunt van Van Loon is dat in kerkelijk Nederland hier en daar de lente door begint te breken. Hij ziet daar tekenen van. Aanhaken bij die voorzichtige tekenen is het kenmerk van de door hem beschreven lokale initiatieven. Deze richten zich vooral op andere vormen van kerk-zijn, niet alleen op het liturgische. Daarbij wordt er ook over grenzen heen gekeken, het christendom is meer dan de Nederlandse verschijningsvorm.
Invloed van migranten
Dit laatste wordt duidelijk in de beschrijvingen van christenen die uit het buitenland naar Nederland zijn gereisd. Een belangrijk deel van de migranten in Nederland is christelijk, zij zoeken elkaar op en proberen hun geloof op de voor hen bekende manier te beleven. Dat draait veel om bidden, samen eten, voor elkaar zorgen en minder om fraaie gebouwen. Alhoewel een (kerk)gebouw waar men zich thuis weet natuurlijk ook ontzettend fijn en stimulerend is.
Inspirerend
Dit is een inspirerend en hoopgevend boek, vlot geschreven en dus heel geschikt om door een breed publiek gelezen te worden. Van Loon denkt/hoopt dat het christendom niet uit Nederland verdwijnt en dat de vele denominaties die we in Nederland kennen in de toekomst minder van belang zullen blijken te zijn. Daar zou hij gelijk in kunnen hebben, dat proces is al gaande onder jongeren. Die wel geïnteresseerd zijn in het christendom en niet zo in de exacte stromingen. Pas als christenen, uit Nederland en van daarbuiten hierheen gereisd, voor elkaar bidden, vallen muren weg en ontstaat er iets dat zou kunnen lijken op het Koninkrijk Gods. Kerkgebouwen zijn dan liefdevolle verschijningen, gebouwen waar zij onderdak vinden en gevonden kunnen worden. Toch een mooi perspectief.